Panforte

Verwarm de oven voor op 150˚C

Bakvorm Ø 20 cm of een vierkante vorm van 20 x 20 cm bekleed met bakpapier

Vroeger werd panforte in Italië traditioneel alleen met kerst gegeten. Als dessert met een espresso en/of een glaasje vin santo. Het recept dateert uit het Toscane van de 13e eeuw. Oorspronkelijk was de naam panpepato, gepeperd brood vanwege de sterke specerijensmaak. Tegenwoordig is panforte het hele jaar verkrijgbaar.

Het is een eenvoudig recept, je kunt panforte lang bewaren als het je lukt om er vanaf te blijven.

Ingrediënten:

  • 300 g amandelen, grof gehakt

  • 300 g hazelnoten, grof gehakt

  • 300 g gekonfijte sinaasappelschil, fijn gehakt

  • 150 g bloem

  • 75 g cacaopoeder

  • 1½ theelepel kruidnagelpoeder

  • 1½ theelepel kaneel

  • 1 theelepel nootmuskaat, vers geraspt

  • 1 theelepel witte peper, vers gemalen

  • 300 g suiker

  • 300 ml heldere honing

  • 75 g boter

  • poedersuiker

Bereiden:

  1. Meng de amandelen, hazelnoten en de sinaasappelschil.

  2. Zeef de bloem, cacaopoeder, kruidnagelpoeder, kaneel, nootmuskaat en de witte peper.

  3. Roer dit door het notenmengsel.

  4. Verwarm de suiker met de honing en de boter totdat de suiker is gesmolten. Kook dit samen een minuut of 3-4 op een zacht vuurtje.

  5. Schenk de siroop bij het notenmengsel en schep alles snel door elkaar.

  6. Druk het mengsel in de gekozen bakvorm en strijk de bovenkant glad.

  7. Bak de panforte in ongeveer 40 minuten gaar.

  8. Daarna een half uurtje laten afkoelen en bestrooien met poedersuiker.