8 - 10 plakken

Verwarm de heteluchtoven voor op 160 ˚ C

Driekoningen is op 6 januari, de dag waarop volgens de traditie de kersttijd wordt afgesloten. Driekoningen zingen wordt in ons land in delen van Brabant nog steeds gedaan. Kinderen gaan verkleed als koning langs de deuren en dragen een ster of een lampion en ze halen al zingend snoep of “centjes” op. Het (katholieke) feest verwijst naar de drie koningen die uit het oosten kwamen, Caspar, Balthasar en Melchior. Deze drie wijzen hadden verstand van sterrenkunde en konden de toekomst voorspellen. De drie wijzen waren op zoek naar de nieuwe koning van het Joodse volk. Een heldere ster wees hun de weg naar het dorp Bethlehem en daar vonden ze in een stal het pasgeboren kindje Jezus. De koningen brachten goud, wierook en mirre mee voor het kindje.

Drie Koningen, Drie Koningen,
Geef mij een nieuwe hoed.
Mijn ouwe is versleten,
mijn moeder mag 't niet weten
mijn vader heeft het geld
al op de toonbank neergeteld.

Meestal is het een platte koek met een Ø van 24 cm. In de koek zit één boon of amandel verstopt of twee witte bonen en een bruine als verwijzing naar de koningen. Wie de (bruine) boon treft mag kiezen wat er die avond wordt gegeten of welk spelletje er wordt gedaan. Natuurlijk eerst samen een kroon maken én de koek versieren.

Ingrediënten:

• 5 eieren (L)

• 200 g kristalsuiker

• 200 g roomboter, op kamertemperatuur

• 150 g amandelspijs, verkruimeld

• 400 g zelfrijzend bakmeel, gezeefd

• boter of bakspray om de vorm in te vetten

• poedersuiker

• 1 boon of hele amandel of 2 witte bonen en één bruine

• papieren kroon

Bereiden:

1. Splits 2 eieren.

2. Klop de twee eiwitten met twee eetlepels suiker en een snufje zout stijf.

3. Klop in een andere kom de boter met de rest van de suiker luchtig en romig.

4. Voeg hier de amandelspijs aan toe.

5. Klop van de boter, suiker en de amandelspijs een glad beslag.

6. Eén voor één gaan de drie hele eieren en de eierdooiers erbij.

7. Als deze allemaal goed zijn opgenomen dan kan het zelfrijzende bakmeel er beetje voor beetje bij.

8. Schep het eiwit er luchtig door.

9. Bekleed de bodem van de bakvorm met bakpapier en vet de rest van de vorm in met wat boter of bakspray.

10. Steek de bonen of boon/amandel ergens in de koek.

11. Bak de koek in ongeveer 1 uur goudbruin op de onderste richel van de oven.